KoKoDo Ju Jutsu
KoKoDo Ju Jutsu is een traditionele krijgskunst, gespecialiseerd in klemmen en drukpunten, waarvan de oorsprong van de kunst terug te vinden is in het vroegere Japan. Deze werd bestudeerd en beoefend door de voormalige Samurai.
Jujutsu-technieken zijn relatief eenvoudig te leren indien je ze benadert met een open positieve geest. Als je het mechanisme achter de techniek verstaat, dan zijn de technieken eenvoudig te verstaan en aan te leren. Daarom besteedt men veel tijd om de algemene mechanismen uit te leggen.
De basismanier om KoKoDo te leren zijn de Kata's (=choreografische gevechtshandelingen) waarin de principes van het systeem zitten en waarbij elke student weet welke actie de andere zal voeren.
Er zijn 4 basis Kata's: Shodan (=eerste graad), Nidan (=tweede graad), Sandan (=derde graad) en Yondan (=vierde graad) die overeenkomen met de zwarte gordels binnen KoKoDo.
KoKoDo verschilt van andere traditionele jujutsuscholen in het feit dat het geen gebruik maakt van krachttechnieken. Dit wil niet zeggen dat de technieken niet pijnlijk kunnen zijn.
KoKoDo maakt gebruik van het meridiaan systeem van het lichaam (Keiraku) om een wisselende hoeveelheid pijn te veroorzaken met als doel een aanvaller te controleren zonder hem ernstig te verwonden. Volgens Japanse en traditionele oosterse geneeskunde stroomt "Ki", één van de niet-fysieke aspecten van het leven, door de Keiraku van het lichaam.
Bepaalde Tsubo (=speciale punten) op de Keiraku zijn gevoelig voor aanraking of slagen en veroorzaken een scherpe, verwarrende pijn, maar zonder beschadiging aan beenderen, gewrichten of ander lichaamsweefsel. De aanval hierop kan al met een eenvoudige drukking van vinger of duim zijn. Het gebruik van een eenvoudige drukking maakt het ook mogelijk om de ki van de tegenstander te controleren en te richten.